LPG-tankstations en de consequenties vanuit BEVI |
Geschreven door Vico van der Zalm, freelance auteur |
dinsdag 11 september 2007 01:00 |
Op 27 oktober eindigt de saneringsregeling voor urgent te saneren LPG-tankstations. Het ministerie van VROM heeft in een brief aan de gemeenten bekend gemaakt dat op die datum de urgente saneringen moeten zijn afgerond van LPG-tankstations waarbij sprake is van overschrijding van de milieukwaliteitseis ‘plaatsgebonden risico' (10-5 risiconorm) uit het Besluit externe veiligheid inrichtingen (BEVI). Dit betreft de eerste saneringen van risicovolle inrichtingen die niet kunnen voldoen aan de eisen van BEVI. De voorlopige conclusie is dat LPG-tankend Nederland zich vooralsnog geen zorgen hoeft te maken over de verkrijgbaarheid van deze brandstof. De veiligheid rondom de gehele LPG-keten (distributie en verkoop) zal de komende jaren immers alleen maar verder toenemen. Deels is dit het gevolg van de veiligheidsmaatregelen vanuit de LPG-branche zelf, deels komt dit doordat de meest risicovolle LPG-tankstations binnen afzienbare tijd gesaneerd zullen zijn. In dit artikel kunt u lezen met welke veiligheidsverplichtingen LPG-tankstations op dit moment te maken hebben en welke gevolgen deze verplichtingen hebben. (Externe) veiligheid actueel Dit beleid richt zich op de beheersing van risico's van bepaalde risicovolle activiteiten ten opzichte van de omgeving. Het externe-veiligheidsbeleid is dus niet gericht op de bescherming van werknemers bij risicovolle bedrijven, maar op de omwonenden. De bescherming van de werknemers is geregeld in de Arbeidsomstandighedenwet (Arbo-wet). BEVI en Brzo Verplichtingen vanuit het BEVI Met BEVI wil de overheid de risico's van gevaarlijke bedrijven tot een aanvaardbaar minimum terugbrengen. De uitvoering van het besluit vindt plaats door middel van vergunningverlening (Wet milieubeheer) en ruimtelijke planvorming (bestemmingsplannen), voor zover de risico's voor de omgeving worden veroorzaakt door inrichtingen. Kwetsbaar en beperkt kwetsbaar Categoriaal en niet-categoriaal Categoriale inrichtingen zijn onder andere LPG-tankstations, koel- en vriesinstallaties met ammoniak en CPR 15-2 en 15-3 inrichtingen. Hun aard van activiteiten zorgt ervoor dat een standaardbenadering volstaat. Voor de categoriale inrichtingen betekent dit in de praktijk dat er vaste afstandseisen gelden. Deze eisen staan vermeld in de bijlagen van de Regeling externe veiligheid inrichtingen (Revi) en betreffen afstanden van bijvoorbeeld een opslagplaats met gevaarlijke stoffen tot aan huizen, scholen of andere bedrijfsgebouwen. Voor LPG-tankstations met een doorzet van maximaal 1500 m3/jaar geldt een afstand van 25 meter vanaf het vulpunt en 15 meter vanaf het ondergrondse reservoir tot kwetsbare objecten. Indien niet aan deze afstanden kan worden voldaan is er sprake van een urgent te saneren situatie. Besluit LPG-tankstations milieubeheer De praktijk: gevolgen voor LPG-verkooppunten De niet-urgente saneringen moeten vóór 1 januari 2010 zijn uitgevoerd. De urgente sanering betreft situaties die binnen drie jaar na inwerkingtreding van BEVI moeten zijn gesaneerd, dus vóór 27 oktober 2007. Voor alle duidelijkheid: beperking van de maximaal vergunde doorzet LPG per jaar of verplaatsing van kritische onderdelen van een LPG-installatie behoren natuurlijk ook tot de mogelijkheden om te voldoen aan de eisen vanuit BEVI. Hierbij ligt het vanzelfsprekend voor de hand om meteen te kijken naar de afstandseisen waaraan moet worden voldaan op 1 januari 2010. Dit om te voorkomen dat dezelfde exercitie over ruim 2 jaar weer moet worden uitgevoerd. Het toezicht op de saneringen ligt bij het bevoegd gezag. Bij LPG-tankstations zullen dit doorgaans de gemeenten zijn. Dit houdt in dat gemeenten de LPG-tankstations die niet kunnen voldoen aan de eisen vanuit BEVI vóór 27 oktober gesaneerd moet hebben. In totaal gaat het om zo'n 200 LPG-tankstations. Schadevergoedingsregeling Voor de schadevergoedingen was 30 miljoen euro gereserveerd. Aanvankelijk zouden de vergoedingen direct door het ministerie van VROM worden betaald. Op 22 juni 2005 is echter een convenant gesloten tussen de toenmalige minister van VROM (Sybilla Dekker) en de LPG-branche. Daarin waarin afspraken vastgelegd voor het verbeteren van de veiligheid van LPG-tankstations in relatie tot de uit te voeren saneringen. Het convenant is een van de resultaten van het Kabinetsstandpunt Ketenstudies. In deze Ketenstudies zijn het gebruik, de opslag en het vervoer van enkele gevaarlijke stoffen - waaronder LPG - in kaart gebracht. Tevens zijn de mogelijkheden geïnventariseerd die kunnen leiden tot de verbetering van de veiligheid. Het convenant LPG-autogas tussen de overheid en de LPG-sector is de eerste concrete uitwerking van de Ketenstudies. Een van de afspraken in het convenant komt erop neer dat de LPG-branche de financiële verantwoordelijkheden voor de uitvoering van de urgente saneringen heeft overgenomen van het rijk. LPG en de nabije toekomst Voor deze tankstations zou sanering vóór 2010 moeten plaatsvinden. Afgesproken is dat vóór 1 januari 2010 maatregelen getroffen moeten zijn waardoor LPG-tankstations die momenteel niet voldoen aan de 10-6 afstanden zoals opgenomen in de bijlagen van Revi, in de nabije toekomst mogelijk wel kunnen voldoen aan deze afstandseisen. De afgesproken maatregelen betreffen het toepassen van een verbeterde LPG-losslang en het aanbrengen van een hittewerende coating op alle LPG-tankwagens. Door deze veiligheidsmaatregelen worden de risico's kleiner, waardoor ook de risicocontour kleiner wordt. De gewijzigde afstanden zijn per 1 juli 2007 opgenomen in een aparte tabel in de Revi (Regeling externe veiligheid inrichtingen, bijlage 1, tabel 2a). Voor nieuwe situaties blijven de ‘oude' afstanden gelden die in Revi staan vermeld. |