Geschreven door Joost
|
woensdag 04 april 2018 12:52 |
Niets gemakkelijker dan vegetariër worden, schreef ik enkele weken geleden. Appeltje-eitje. Gewoon stoppen met het eten van vlees. Een ‘coming-out’ om onbewaakte ogenblikken voor te zijn is raadzaam, leerde ik. Maar hoe zit het eigenlijk met eieren en melk voor een milieu-vegetariër als ik? Mag ik een kwarteleitje eten?
Een vriend van me heeft een restaurant aan huis. Geen officieel restaurant, hoewel hij voortreffelijk kookt. Voor een okay bedrag per kop zet hij zijn gasten een multigangenmaal voor. De belasting kent hem niet, dus van het geld dat hij overhoudt aan de zes of meer keer per jaar dat hij zijn huiskamer tot eetgelegenheid promoveert, kan hij met zijn vriendin op vakantie. Zoiets gun je je vriend. Bovendien is hij filosoof. Ik ga de discussie niet aan.
Gezonde vertellust
Hij belde me. Er waren nog twee plekken vrij. Of mijn lief en ik zin hadden. Natuurlijk. Want veel over zijn initiatief gehoord, maar nog nooit aangeschoven. Count us in! Tot dan!
Met acht mensen die we nooit eerder hadden ontmoet, namen we plaats aan een grote ovalen tafel. Beetje aftasten nog. Wie heeft wat te vertellen en zo. Het liep als vanzelf. Leuke mensen met fijne verhalen en een gezonde vertellust. Tijd voor de eerste gang. Een prachtig kleinood waarvan ik de ingrediënten vergat op het moment dat ze genoemd werden.
De tweede gang werd uitgeserveerd. Een groot bord met allerlei klein spannends. In de rechter bovenhoek glansden twee kwartelkluifjes. Plots besefte ik dat ik vegetariër ben. Hoe naïef! Wat nu? Moet ik hier aan tafel vertellen dat ik sinds kort geen vlees meer eet, wetende dat ik daarmee een voor alle aanwezigen ongemakkelijke situatie creëer? Ik hield mijn mond en smulde van de stukjes kwartel.
Geen spijt
Van het feit dat ik zweeg, heb ik geen spijt, ondanks het feit dat mijn afwijzen van vlees een statement wil zijn. Hierbij spreek ik met mezelf af dat ik een volgende keer vooraf aan de bel trek. Punt.
In sommige gerechten van de volgende gangen was melkroom en ei verwerkt. Zoiets proef je, dat kan geen exotische beschrijving van het voorgeschotelde verhullen. Kan ik me de consumptie van ei en melk als milieu-vegetariër eigenlijk wel veroorloven? Is het milieu erbij gebaat als ik helemaal geen dierlijke producten nuttig? Het antwoord lijkt me een volronde ja. En ook hier had ik nog niet echt over nagedacht.
Noodgedwongen orthodox
Zonder reproductie geen melkproductie, denk ik nu, en wanneer reproductie, dan vijftig procent van de nakomelingen stier, dus vleesvee. Wat betreft eieren is het lastiger. De kwarteleieren van de Utrechtse hobbyboermoeten kunnen. Die van Kipster of het Oerei niet.
Zo simpel als ik dacht dat vegetariër worden is, is het niet. Een orthodox milieu-vegetariër schuift noodgedwongen door naar het veganisme, wat overigens goed mogelijk is met het oog op gezonde voeding. Simpel is anders. Waar ben ik aan begonnen! |
|
De milieuzone als moderne stadsmuur |
Geschreven door Joost
|
woensdag 28 maart 2018 12:22 |
De VPRO zond in het najaar van 2016 Onzichtbaar Nederland uit. De makers zochten in het Nederlandse landschap naar sporen uit het verleden. In de aflevering over de stad trof me deze opmerking: “Steden zijn altijd in beweging en worden voortdurend aangepast aan de moderne visie op mobiliteit.” Het in rap tempo invoeren van milieuzones in steden zal ‘de automobilist opnieuw het leven zuur maken’, schrijft de Telegraaf treffend als altijd. Stadsbesturen hebben het echter bij het juiste eind gezien de ontwikkeling van het gebied om hun stad.
Stad na stad stelt een milieuzone in. Helaas is de ene milieuzone de andere niet. Er dreigt kortom een wildgroei aan milieuzones. En dat maakt het voor de automobilist, de beroepschauffeur in het bijzonder, niet gemakkelijk. Bovendien schort het aan handhaving op vervuilend vrachtverkeer uit met name verre Oostbloklanden, wat de rechtvaardigheid van het systeem ondermijnt omdat de regels wel gehandhaafd worden voor Nederlandse transporteurs.
Gewoon 130 rijden
Het probleem van de verschillende milieuzones is op te lossen met één set van regels van de centrale overheid, een set die aansluit op de regels van buurlanden. Minister van Infrastructuur Cora van Nieuwenhuizen zegt ermee bezig te zijn en roept stadsbesturen dan ook op om nog tot de zomer geduld te hebben.
Zoals het een VVD-minister betaamt, zegt Van Nieuwenhuizen het volgende in een interview met de Telegraaf: “De komende periode komt er nog veel snelweg bij waar gewoon 130 gereden gaat worden.” Precies opmerkingen als deze geven stadsbesturen het recht haast te maken met hun milieuzones. De wegen rondom de stad zullen namelijk voller worden. Niet omdat mensen het fijn vinden om lekker 130 te rijden op nieuwe snelwegen, wel omdat Nederland zich ontwikkelt als distributiehart van een fiks deel van Europa.
Belastingvrij
"Alle belangrijke winkelstraten, van Londen tot Parijs en het Duitse Ruhrgebied, worden bevoorraad vanuit Zuid-Nederland", looft vastgoedman Joost Uwents de Nederlandse distributie-industrie. "Nederland heeft deze industrie de afgelopen jaren uit volle overtuiging omarmd. Kijk alleen al naar de infrastructuur. De wegen rond Rotterdam en Eindhoven zijn opgeknapt en uitgebreid.”
Naast de voortreffelijke infrastructuur is het Nederlandse belastingklimaat aantrekkelijk voor buitenlandse ondernemingen, aldus vastgoedman Richard Elich: “Je hoeft geen belasting te betalen voor het opslaan van goederen, dat is in andere landen wel zo.”
Recordaantal
Wie wel eens over een snelweg raast, zal zijn opgevallen dat overal enorme loodsen gebouwd worden. Vorig jaar werd een recordaantal van bijna twee miljoen vierkante meter aan distributiecentra in gebruik genomen. Het buitengebied rukt op, zou je kunnen zeggen. Distributie heeft alles te maken met transport, en transport alles met uitstoot en luchtvervuiling. Het instellen van milieuzones in steden is een verdedigingsstrategie, een moderne variant van de oude stadsmuur. |
Geschreven door Joost
|
woensdag 21 maart 2018 10:43 |
Ze waren er vroeg bij. Hier in het dorp begon een plaatselijke politieke partij eind vorig jaar al met het plaatsen van promotionele vlogs op facebook. De partij leverde vier jaar geleden een van de wethouders. In de filmpjes uit hij niets dan lof over zijn eigen prestaties en die van zijn partij. Ach, dacht ik, laat ik eens wat kritische vragen stellen.
Ik liet het bij twee. Op de eerste kwam een antwoord, op de tweede bleef antwoord uit. In de betreffende vlog repte de wethouder over de vernieuwingsplannen voor het centrum van zijn (en mijn) woonplaats. Er loopt een aardig drukke straat door het winkelcentrum. Men zegt deze straat verkeersluw te willen maken. Probleem is dat dat een ingrijpende actie is, wat betekent dat de lokale overheid het eigenlijk niet aandurft. Ze proberen de beslissing hieromtrent voor zich uit te schuiven. Tenminste, dat vermoed ik.
Geen antwoord
Monter vertelde de wethouder dat ze de verkeersbewegingen in het centrum gaan onderzoeken en dat zijn partij dit onderzoek initieerde. Ik vroeg hem of nieuw onderzoek wel nodig was omdat dit nog niet eens zo heel lang geleden al onderzocht was. Klopt, antwoordde hij, dit is inderdaad al onderzocht, maar de situatie kan veranderd zijn door de opgewaardeerde verkeersader een paar kilometer verderop. Ik reageerde met de vraag of het centrum niet meer gebaat was bij een visie dan bij een reeks van onderzoeken. Oftewel, willen we het centrum verkeersluw of niet? Hierop kreeg ik geen antwoord.
“Onderzoek is een beproefd recept in politiek Den Haag om bepaalde zaken voor je uit te duwen,” zegt Telegraaf-hoofdredacteur Paul Jansen in een interview over de fipronil-crisis. En ergens is het ook wel begrijpelijk. Dat onderzoek vaak nodig is, staat buiten kijf. Een politicus die zegt dat hij onderzoek instelt om duidelijkheid te scheppen, neemt vragen serieus en handelt voortvarend. Lopende het onderzoek, dat ergens in stilte plaatsvindt, verplaatst media-aandacht, en daarmee de aandacht van het publiek, naar nieuwe issues, andere zaken. Dit lijkt me een bijzonder prettig bijverschijnsel voor politici onder vuur. Als na enige tijd de resultaten gepresenteerd worden, is de hitte uit de strijd en de urgentie verdwenen. Misschien is het politieke spel hierbij gebaat. Maar evengoed is onderzoek een vertragingstactiek.
Onderzoek als alibi
Onderzoek als alibi, kopt de column van Annemarie van der Vusse op de website van VVM. “Soms komt onderzoek in de plaats van noodzakelijke maatregelen.” En het nemen van maatregelen vergt politieke moed, aldus Van der Vusse, die zich erover verbaast dat uitgebreid onderzochte problemen zoals diffuus lood in de bodem en het verbranden van verduurzaamd hout nog steeds hoog op de politiek to-do-lijst staan omdat ze nog immer niet aangepakt zijn.
Onze vloggende wethouder zal wethouder blijven omdat hij en zijn partij populair zijn. Ik vraag me af hoeveel onderzoeken hij nog nodig denkt te hebben om de breed gedragen wens voor een verkeersluw centrum te laten verstommen. Misschien moet ik er maar eens een polletje aan wagen. |
|
Sleepnetwet voor spookvistuig |
Geschreven door Joost
|
woensdag 14 maart 2018 17:44 |
Een verwarrend toeval? De kranten pikken de publicatie van een alarmerend rapport over spookvistuig op in de weken voorafgaand aan het referendum over de sleepnetwet. Spookvistuig bestaat voornamelijk uit verloren of domweg gedumpte visnetten. Zou een statiegeldregeling hier iets uithalen?
Het rapport is gepubliceerd door dierenbeschermingsorganisatie World Animal Protection. Deze organisatie schat dat tien procent van al het afval in zee inmiddels uit spookvistuig bestaat. Jaarlijks komt er minstens 640.000 ton bij.
Skateboards
Niet alleen zeedieren hebben last van dit afval, ook vissers raken verstrikt in hun eigen netten. Reden genoeg dus om er iets aan te doen. Toch komen maatregelen niet echt van de grond. Ben Kneppers, mede-oprichter van Bureo, een bedrijf dat duurzame skateboards produceert, wijt een deel van het probleem aan een ontbrekende afvalverwijderingsinfrastructuur:
“Fishermen are the first to recognise ghost gear being a problem, but they have had limited options. The additional infrastructure and cost required to discard the nets in a sound manner made this material a burden, especially for artisanal fishermen.”
Bureo betaalt voor afgedankt visgerei en verwerkt het in nieuwe skateboards. Een prachtig initiatief dat de vinger op een zere plek legt: havens beschikken niet over inleverpunten voor afgedankte en opgeviste visnetten.
Statiegeld
“Statiegeld helpt,” zegt staatssecretaris Stientje van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat). “Dus de invoering van statiegeld op kleine flesjes zet ik in gang. Maar als een andere aanpak sneller hetzelfde resultaat boekt, is statiegeld niet nodig. Zolang we de plasticsoep maar aanpakken en we van oude flesjes, nieuwe flesjes maken.”
Tien procent van de plasticsoep komt van spookvistuig, dus daarvoor moet statiegeld dan ook kunnen helpen. Volgens Wikipedia zijn statiegeldregelingen wereldwijd opgetuigd. Een statiegeldregeling voor vistuig lijkt mij een oplossing. Nu ligt de verantwoordelijkheid bij de gebruiker. Met een statiegeldregeling zou deze bij de gebruiker en de producent komen te liggen. En misschien is er voor een recyclebedrijf nog wat aan te winnen. Van oude netten, nieuwe netten maken. |
Geschreven door Joost
|
woensdag 07 maart 2018 21:42 |
Frankrijks president Emmanuel Macron sprak enige weken terug zo’n duizend boeren toe. Franse boeren hebben het zwaar omdat ze volgens hem hun keten met verwerkers en detaillisten niet georganiseerd hebben. Daarom eet de Fransoos zoveel buitenlands rundvlees. Als boer, slachter, verwerker en detaillist de waarde van Frans vlees weten neer te zetten, dan vormt het op handen zijnde Mercosur-verdrag geen bedreiging.
Op Foodlog wordt druk gediscussieerd over Macron’s landbouwplannen, die ook moeten leiden tot een duurzamer product. Discussies op deze website zijn sowieso een verademing in vergelijking met die op het gros van de andere webstekken. Ik denk dat dit op het conto van hoofdredacteur Dick Veerman geschreven mag worden. Hoe het ook zij, in de discussie over Macron ziet hij een nieuwe rol voor de detaillist.
Zwartepiet
Opvallend vaak merk ik in gesprekken over financiële malaise onder boeren dat de detailhandel – supermarkten – de zwartepiet toegespeeld krijgt. De detailhandel betaalt niet genoeg voor vlees en andere agrarische waar, wat boeren tot schaalvergroting dwingt, enzovoorts. Dick Veerman ziet Macron pleiten voor een rechtvaardiger keten waarin iedereen kan bestaan. Macron meent dat in zijn land de kool en de geit gespaard kan worden. De enthousiaste Veerman ziet de Franse detailhandel zijn (keten)verantwoordelijkheid al nemen.
Plasticvrij
Detaillist Ekoplaza neemt verantwoordelijkheid op een heel ander vlak. Deze supermarktketen opende recent de allereerste plasticvrije pop-up store in Amsterdam. Deze winkel en de hieraan gelinkte webshop noemt Ekoplaza het begin van zijn plasticvrije beweging. Een waarderingswaardig initiatief. Een detaillist die zijn nek durft uit te steken, een durfdetaillist.
Dick Veerman zegt dat Macron vindt dat de consument opgevoed moet worden opdat hij snapt wat iets waard is. Dit opvoeden is feitelijk ‘de vorming van publieke waarden vanuit een gevoel van samenleven’. Deze publieke waarden zijn te marketen. Dit bewijst het Franse Intermarché en het Nederlandse Ekoplaza. Dat durfdetaillisme de nieuwe trend mag worden. |
|
|
|
<< Start < Vorige 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Volgende > Einde >>
|
Pagina 3 van 64 |